Docenten:
Nicholas De Nil, rechter in de rechtbank van eerste aanleg Oost-Vlaanderen en vrijwillig medewerker aan de faculteit rechtsgeleerdheid van de Universiteit Gent, vakgroep Criminologie, Strafrecht en Sociaal Recht en auteur. Hij maakte deel uit van de werkgroep samengesteld met het oog op het actualiseren van de Indicatieve Tabel.
Andy Verhaegen, sinds 2005 advocaat aan de balie provincie Antwerpen en verbonden aan Konsilio Advocaten, een nichekantoor met bijzondere specialisatie in lichamelijke schadedossiers. Binnen het kantoor heeft hij een grote expertise opgebouwd in de begroting en recuperatie van lichamelijke schade.
Timing:
13u00 Ontvangst van de deelnemers die de opleiding klassikaal volgen
13u30 Start van de klassikale opleiding / online webinar (deel 1)
15u00 Pauze
15u30 Vervolg van de opleiding/webinar (deel 2)
17u00 Einde
Programma:
Deel 1: nieuwigheden die deze versie van de Tabel onderscheidt van de voorgaande Tabel(len) (Dhr. Nicholas De Nil)
De docent geeft een korte historiek en gaat in op de totstandkoming en de doelstellingen van de Tabel. De meest in het oog springende nieuwigheden zijn een algemene verhoging van de bedragen met ongeveer 15 %, de opwaardering van de huishoudelijke schade, de waardering van het verlies van een schooljaar en (zeker) de sterke verhoging van de forfaitaire bedragen voor toekomstige schade. Ook gaat de docent dieper in op de forfaitaire vorken die worden bepaald voor morele schade door nabestaanden bij overlijden, waar er vroeger meer categorieën nabestaanden werden onderscheiden, maar telkens met een vast voorgesteld bedrag. Ook worden de discussies besproken die zijn gevoerd in de werkgroep Indicatieve Tabel en tot slot de implementatie in de praktijk, meer bepaald de overgang tussen het gebruik van de Indicatieve Tabel 2020 en de Indicatieve Tabel 2024.
Deel 2: Indicatieve Tabel 2024: revolutie of gemiste kans? (Mr. Andy Verhaegen)
Aan de hand van cijfervoorbeelden behandelt de docent het gereduceerd verschil tussen de forfaitaire bedragen en de kapitalisatiemethode, de verhoogde dagbedragen die hun impact hebben bij de kapitalisatieberekening en de invoering van 0,5% nettorentevoet voor periode korter dan 15 jaar. Daarnaast bespreekt hij ook kritische bedenkingen omtrent leemtes en onvolledigheden die de nieuwe indicatieve tabel niet heeft ingevuld (cf. kritiek van OVB), zoals klassieke verdeelsleutel bij echtgenoten, forfaitaire bedragen bij huishoudelijke ongeschiktheid zonder rekening te houden met kinderlast of bij economische ongeschiktheid in functie van pensioenleeftijd, geen automatische indexering van dagbedragen, geen toevoeging van tijdelijke esthetische schade en het gebrek aan vernieuwende tabellen voor bepaalde schadeposten zoals genoegenschade.
