Op 27 september 2011 publiceerde de FSMA een nieuwe studie (1) over de toepassing van de Corporate Governance Code 2009 door de Belgische beursgenoteerde vennootschappen (een populatie van 117 vennootschappen).
De studie bevat nuttige statistische gegevens over de toepassing door de genoteerde vennootschappen van vier specifieke thema’s uit de Corporate Governance Code 2009:
De aanwezigheid en de plaats van de verklaring inzake deugdelijk bestuur
De beschrijving van interne controle- en risicobeheerssystemen
De beschrijving van de belangrijkste kenmerken van het evaluatieproces van de raad van bestuur, van zijn comités en van zijn individuele bestuurders
Het remuneratieverslag.
De vaststelling is dat “een verbeterde toepassing van de Code, tezamen met een toegenomen verantwoording bij niet-toepassing van de Code, leidt tot aanzienlijke verbeteringen in het nalevingspercentage van de meeste bepalingen.”
Desalniettemin bevat de studie ook aanbevelingen en een verduidelijking van een aantal wettelijke bepalingen of verwachtingen van de FSMA, met als belangrijkste:
De FSMA vraagt om de informatie over corporate governance op te nemen onder de expliciete titel “Corporate Governance Verklaring” of “Verklaring inzake deugdelijk bestuur”;
Er wordt verduidelijkt dat sinds de Wet van 6 april 2010 de Corporate Governance Verklaring deel moet uitmaken van het jaarverslag van de raad van bestuur. De FSMA vraagt dat dan ook zo te doen. Zij beveelt aan dat vennootschappen die ervoor opteren om in het jaarverslag van de raad van bestuur toch enkel te vermelden dat de informatie over corporate governance in een andere sectie van het jaarlijks financieel verslag (de jaarbrochure) is opgenomen, er expliciet op zouden wijzen dat die sectie deel uitmaakt van het jaarverslag van de raad van bestuur (bv. door dit aan te duiden in de inhoudsopgave);
De FSMA herhaalt haar aanbeveling dat inzake de beschrijving van de interne controle- en risicobeheerssystemen de essentie van de informatie opgenomen wordt in de Corporate Governance Verklaring zelf en dat er dus niet wordt gewerkt met verwijzingen;
De informatie verstrekt over de evaluatie van de raad van bestuur, zijn comités en zijn individuele bestuurders moet ook de belangrijkste kenmerken van het evaluatieproces omschrijven;
De FSMA stelt dat voor de beschrijving van de procedure voor het bepalen van het remuneratiebeleid en de vaststelling van het remuneratieniveau niet kan worden volstaan met een verwijzing naar het Corporate Governance Charter;
Tantièmes zijn variabele vergoedingen;
Zitpenningen (vergoedingen in functie van het aantal deelnames aan vergaderingen) zijn geen variabele vergoedingen;
De FSMA beveelt aan om in het remuneratieverslag duidelijk en ondubbelzinnig de personen waarvan de remuneratie wordt toegelicht, te identificeren;
Onder verwijzing naar de wetgeving die van toepassing wordt op het jaarverslag 2011, vraagt de FSMA de vennootschappen om een duidelijke beschrijving te geven van de criteria voor de evaluatie van de bereikte prestaties ten opzichte van de doelstellingen alsook over de gehanteerde evaluatieperiode. De onderzochte jaarverslagen 2010 zouden hier in doorsnee nog onvoldoende precies zijn;
Daarbij is het wenselijk om zowel informatie te verstrekken over het relatief gewicht van de verschillende evaluatiecriteria (onderneming, afdeling, persoonlijke objectieven), als over de minimale prestatievereisten opdat er een bonus wordt toegekend en de maximale bonus;
De informatie op het vlak van aandelen en aandelenopties als onderdeel van het remuneratiepakket verstrekt in de onderzochte jaarverslagen 2010 voldoet in doorsnee niet aan de wettelijke vereisten die zullen gelden voor het jaarverslag 2011;
De FSMA herhaalt haar aanbeveling om voor elke bepaling van de Corporate Governance Code na te gaan of ze al dan niet van toepassing is, en steeds expliciet te vermelden van welke bepaling wordt afgeweken.
De aanbevelingen voor en de cijfermatige inzichten in de toepassing van de Corporate Governance Code 2009 zijn nuttige instrumenten bij de voorbereiding van het jaarverslag 2011, waar de genoteerde vennootschappen onder meer voor het eerst een wettelijk remuneratieverslag zullen moeten opnemen en voor de tweede maal de wettelijke “comply or explain”-regel zullen moeten toepassen.