Het Beneluxverdrag inzake de intellectuele eigendom ondergaat enkele ingrijpende wijzigingenwijzigingen. Een van de belangrijkste daarvan is de intrede van de nietigheidsprocedure bij het Benelux Bureau voor de Intellectuele Eigendom buiten de rechter om, en daaraan logischerwijze gekoppeld een uitbreiding van de bevoegdheden van het Benelux gerechtshof. Tenslotte komt er een mogelijkheid voor merkenhouders om zich te verzetten tegen merkaanvragen die in het vaarwater komen van bekende merken.
Nietig of vervallen
Vandaag de dag kan een ingeschreven merk enkel worden nietig verklaard of vervallen verklaard door de rechtbanken in het kader van een procedure. Wanneer een Beneluxmerk gedurende een periode van vijf jaar niet meer normaal werd gebruikt binnen het Beneluxgebied, dan kan het merk vervallen worden verklaard. De nietigheid van het merk kan dan weer gevorderd worden wanneer het merk elk onderscheidend vermogen mist of wanneer het merk te kwader trouw werd gedeponeerd.
Vanaf 1 juni 2018 wordt ook aan het Benelux Bureau voor de Intellectuele Eigendom (de officiële instantie waar merken, tekeningen en modellen geregistreerd kunnen worden voor de Benelux) de bevoegdheid gegeven om te oordelen of een merk nietig of vervallen verklaard kan worden. Het gaat om een administratieve procedure buiten de rechter om. Dat verandert echter niets aan het feit dat ook de rechtbanken bevoegd blijven om over dergelijke vorderingen uitspraak te doen.
Bestaand merk versus nieuw merk
Elke houder van een ouder, zeg maar bestaand Beneluxmerk, kan zich in de huidige wetgeving verzetten tegen de inschrijving door een andere merk dat verwarring kan stichten met het bestaande merk.
Tot nu toe was oppositie alleen mogelijk op grond van dat verwarringsgevaar. Vanaf 1 juni 2018 is oppositie ook mogelijk wanneer door het gebruik van het nieuwe merk ongerechtvaardigd voordeel wordt gehaald of afbreuk wordt gedaan aan het onderscheidend vermogen of de reputatie van het oudere reeds bekende merk. U wil bijvoorbeeld Mineral Spa wil deponeren voor cosmetica terwijl het merk Spa bestaat voor water…
In de huidige wettelijke toestand is het zo dat, wanneer het Benelux Bureau voor intellectuele eigendom van oordeel zou zijn dat de oppositie gegrond is en dat het jongere merk niet kan worden ingeschreven, daartegen beroep kan worden aangetekend bij het Hof van Beroep te Brussel.
Die beroepsbevoegdheid wordt vanaf 1 juni 2018 overgedragen aan het Benelux Gerechtshof in de hoop zo meer eenduidige beslissingen te bekomen.