Onlangs werd door de regering een gloednieuw wetsontwerp op tafel gelegd betreffende de hervorming van de Faillissementswet en van de Wet betreffende de Continuïteit van de Ondernemingen (WCO).
Het wetsontwerp moet nog goedgekeurd worden door het Federaal Parlement maar de inwerkingtreding wordt wel voorzien tegen uiterlijk 1 september 2017.
De bestaande wetgeving met betrekking tot insolvabiliteit wordt gemoderniseerd, aangepast aan de Europese regelgeving en als een coherent geheel ingevoegd in het Wetboek van Economisch Recht.
Hieronder vindt u een kort overzicht van de belangrijkste nieuwe elementen van het wetsvoorstel.
1. Het insolventierecht wordt uitgebreid:
Het zal van toepassing zijn op alle ondernemingen, en niet enkel op handelaars of rechtspersonen met winstoogmerk. De insolventieprocedures (gerechtelijke reorganisatie (WCO), faillissement …) worden toegankelijk voor vrije beroepen, landbouwers, VZW’s, stichtingen, maatschappen en burgerlijke vennootschappen met handelsvorm. Ook buitenlandse organisaties zonder rechtspersoonlijkheid die deelnemen aan het rechtsverkeer zoals een trust zullen daar onder vallen.
2. Het insolventiedossier wordt gemoderniseerd door de invoering van een volledig elektronische procedure. In ons land speelt het Centraal register Solvabiliteit (regsol.be) – dat op 1 april 2017 van start ging – daarin een cruciale rol.
3. De figuur van de "ondernemingsbemiddelaar" wordt ingevoerd indien een onderneming dit nuttig acht in het kader van een minnelijke herstructurering.
4. In het kader van de gerechtelijke organisatie, voorziet het wetsontwerp een aantal nieuwe regels die de informele procedure betreffende het minnelijk akkoord buiten de gerechtelijke sfeer aantrekkelijker moeten maken, terwijl het toch mogelijk blijft een minnelijk akkoord waar nodig te laten homologeren door de rechtbank.
5. Een procedure van kwijtschelding van schulden vervangt het stelsel van de verschoonbaarheid. Hierdoor zal een nieuwe start mogelijk zijn; een gefailleerde te goeder trouw krijgt zo de kans om tijdens de faillissementsprocedure een nieuwe onderneming op te starten zonder de afwikkeling van het faillissement te moeten afwachten.
6. Een ander bijzonder nieuw element is het "stil" faillissement, ook "pre-pack" genoemd, dat toelaat in discretie en zonder publiciteit een eigenlijk faillissement voor te bereiden. Een pre-curator kan worden aangesteld die op discrete wijze zal kunnen overgaan tot het zoeken naar een overnemer van de onderneming of gedeelten ervan. Zulks zal de kans verhogen op een snelle afwikkeling van een faillissement en een hogere opbrengst voor de schuldeisers.
7. Een coherente regeling inzake bestuurdersaansprake-lijkheid wordt ingevoerd ingeval een reddeloos verloren onderneming wordt verder gezet.
8. Grensoverschrijdende insolventie: de internationale dimensie van de insolventie wordt benadrukt.
Grensoverschrijdende insolventieprocedures worden in de eerste plaats door de Europese Insolventieverordening beheerst, en bij de codificatie van de insolventiewetgeving in het Wetboek Economisch Recht wordt ook rekening gehouden met de bestaande bepalingen in het Wetboek voor Internationaal Privaatrecht (IPR).
De bevoegdheid van de Belgische rechtscolleges in insolventieprocedures wordt uitgebreid om beter aan te sluiten bij de economische realiteit van de onderneming.
Het zal ook mogelijk worden een procedure in België te openen indien de schuldenaar goederen in België heeft. Dit is onder het huidige recht niet mogelijk.
Om de verruiming binnen redelijke grenzen te houden, wordt voorzien om de opening van een territoriale insolventieprocedure ten opzichte van een schuldenaar in België over te laten aan een buitenlandse insolventiefunctionaris of aan een schuldeiser die aantoont een bijzonder belang te hebben.
9. Een ander wetsvoorstel, dat reeds goedgekeurd werd in de Commissie, voorziet dat een gerechtelijke ontbinding al mogelijk zal zijn van zodra een vennootschap één jaarrekening niet tijdig heeft neergelegd (slapende vennootschap), of wanneer de bestuurders of zaakvoerders over onvoldoende beroepskennis beschikken.
_______
Het doel van de wetgever bestaat erin het insolventierecht aan te passen aan de huidige nationale en internationale regelgeving en rechtspraak, om deze transparanter, doeltreffender en performanter te maken, zeker voor wat het procedureel aspect ervan betreft.
Heel wat onduidelijkheden of problemen die tot nu toe aanleiding hebben gegeven tot betwistingen, worden definitief geregeld in het wetsontwerp.
Dit laatste zal niet beletten dat er in de praktijk nog betwistingen zullen ontstaan.
Niettemin is deze nieuwe wetgeving op zich een vooruitgang.
Een positief element is dat zowel de schuldeisers als de schuldenaars in moeilijkheden nieuwe mogelijkheden aangereikt krijgen om de continuïteit van de betrokken onderneming(en) te vrijwaren.