De wetgever had nog heel wat legistiek werk voor de boeg m.b.t. de nieuwe wetgeving inzake overheidsopdrachten en consessies vooraleer deze ook effectief in werking kon treden. Hoog tijd dus voor een stand van zaken en om even kort het licht te laten schijnen op enkele ondertussen gekende nieuwigheden.
KB Plaatsing
Het nieuwe KB Plaatsing Klassieke Sectoren werd op 31 maart 2017 door de Ministerraad goedgekeurd maar tot op heden nog niet gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad.
In dit KB vallen voornamelijk de invoering van het Uniform Europees Aanbestedingsdocument (UEA) en de wijzigingen inzake het regelmatigheidsonderzoek op.
Zo zal een niet-substantiële onregelmatigheid op zichzelf niet langer tot een nietigverklaring van de offerte kunnen leiden. Enkel indien door een cumulatie van onregelmatigheden, de offerte als het ware substantieel onregelmatig is geworden, kan de offerte geweerd worden (op voorwaarde dat de beslissing daaromtrent uiteraard goed gemotiveerd is).
Ook worden er bepalingen voorzien voor de opdrachten m.b.t. tot aanstelling van advocaten en voor het gebruik van elektronische communicatiemiddelen.
Rechtsbescherming
Op 17 maart 2017 werd in het Belgisch Staatsblad de wet van 16 februari 2017 tot wijziging van de wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten (hierna: rechtsbeschermingswet) gepubliceerd.
In plaats van volledig opnieuw te beginnen met een blanco lei, heeft de wetgever er dus voor geopteerd om de bestaande rechtsbeschermingswet van 17 juni 2013 te wijzigen zodat deze in overeenstemming wordt gebracht met de nieuwe wet overheidsopdrachten en concessieovereenkomsten.
Belangrijk is dat de nieuwe rechtsbeschermingswet niet alleen van toepassingzal zijn op overheidsopdrachten (zoals voorheen), maar ook op concessieovereenkomsten.
Volgende zaken springen alvast in het oog:
- Wanneer een inschrijver van een regelmatige offerte in het kader van een onderhandelingsprocedure of een dialoog om informatie verzoekt, moet de aanbestedende overheid binnen de 15 dagen na dit verzoek informatie verschaffen over het verloop en de stand van zaken van de onderhandelingen.
- De gemotiveerde beslissing moet nu ook de datum van de gunningsbeslissing bevatten.
- Op zowel de gunningsbeslissing, de beslissing tot selectie als de beslissing van niet-plaatsing van de opdracht wordt hetzelfde mededelingsregime van toepassing.
- Voor opdrachten tussen 30.000 EUR (i.e. de drempel inzake aangenomen factuur - vroeger: 8.500 EUR) en 85.000 EUR moet de gemotiveerde beslissing pas bezorgd worden wanneer de inschrijver daarom verzoekt. Onder de 30.000 EUR geldt deze informatieverplichting niet.
- De mededeling moet de rechtsmiddelen vermelden die tegen een gemotiveerde beslissing tot niet-gunning kunnen worden ingesteld. Zoniet, dan wordt de termijn van 60 dagen om een vordering tot nietigverklaring bij de Raad van State in te stellen, verlengd met 4 maanden.
- Zowel de beroeps- als de wachttermijn nemen de dag na de verzending een aanvang.
- De boete die de rechter als alternatieve sanctie kan opleggen, wordt verlaagd van 15 naar 10% van de waarde van de opdracht.
TO DO?
Een blik op bovenstaande realisaties leert ons onmiddellijk dat het de wetgever nog niet toegestaan is om op zijn lauweren te rusten.
Zo moet er nog werk gemaakt worden van het :
- (nieuw) KB Plaatsing Speciale Sectoren: de Commissie voor de Overheidsopdrachten heeft haar advies uitgebracht op 17 maart 2017. Het advies van de Inspectie van Financiën werd aangevraagd.
- (gewijzigd) KB Uitvoering: de Ministerraad heeft het dossier behandeld op 17 februari 2017. Het advies van de Raad van State werd bekomen op 23 maart 17. De teksten worden momenteel aangepast aan dit advies.
- (nieuw) KB Plaatsing en Uitvoering Consessieovereenkomsten: in de loop van april 2017 werd de tekst voor advies aan de Commissie van Overheidsopdrachten voorgelegd.
Inwerkingtreding?
Hoewel eerdere berichten nog spraken over eind 2016-begin 2017, werd de inwerkingtreding van de nieuwe wetgeving ondertussen bijgesteld naar ten vroegste 30 juni 2017.
Of deze deadline ook daadwerkelijk gehaald zal worden, is nog maar zeer de vraag. Gelukkig springt in tussentijd de oude overheidsopdrachtenwetgeving nog even in de bres.