Rocket Lawyer heeft aangekondigd actief te worden op de Nederlandse markt. De stap naar België volgt wel. Dit soort aanbiedingen vertegenwoordigt enorme uitdagingen voor het advocatenberoep. Het wordt dus tijd om te reflecteren over deze online platformen die juridische diensten aanbieden. Hoe kan de advocatuur hier haar plaats innemen? Wat kunnen de balies doen?
Online platformen zijn publiekelijk toegankelijk, al dan niet met een inlogsysteem, en zijn niet enkel bestemd voor de leden van een onderneming. Het zijn elektronische pagina’s die een externe bezoeker toelaten een opdracht te laten vervullen. Meer bepaald in de sector van de juridische dienstverlening betekent dit dat de cliënt via deze toegang tot een webpagina een dienst kan bestellen, al dan niet op maat. Dit gaat van een modelcontract tot de eventuele doorverwijzing naar een advocaat (lees hier meer over digitale advocatendiensten in een vorig artikel uit Today’s Lawyer, red.).
Men kan deze platformen hoofdzakelijk in drie grote groepen onderverdelen. Om te beginnen zijn er de doorverwijzingsplatformen, die cliënten met een juridische vraag de mogelijkheid bieden om een advocaat te vinden. Daarnaast zijn er de platformen die online diensten aanbieden. Cliënten gaan hier bijvoorbeeld naartoe om een antwoord te krijgen op een juridische vraag, dat ze eventueel op volledig geautomatiseerde manier kunnen verkrijgen. Ten slotte zijn er nog de platformen die een mix vormen van de twee vorige.
Het elektronisch platform dat uitgebaat wordt door Rocket Lawyer verschaft een eerste juridische informatie aan de abonnees door toegang te verlenen tot standaarddocumenten, of een kosteloze verbinding toe te laten met advocaten die lid zijn van het netwerk. Deze advocaten bieden een half uur gratis hun diensten aan. Nadien is de dienst betalend, maar de prijzen zijn bepaald in afspraak met de sitebeheerder, dus met Rocket Lawyer. De bedoeling van de site is duidelijk om steeds meer documenten te kunnen aanbieden aan onklopbare prijzen; er wordt enkel een jaarlijks abonnement aangerekend aan de cliënt.
Wettelijke en deontologische regels
Advocaten zijn nog niet erg actief op deze markt. Nochtans moet men ervan uitgaan dat in de toekomst steeds meer cliënten voor hun juridisch advies via het internet zullen gaan. Als ze daar hun antwoord vinden en vertrouwen hebben in de accuraatheid van het antwoord, zullen ze niet verder zoeken. De advocatuur moet hier dus haar plaats innemen!
Voor de advocaat die online diensten wenst aan te bieden staan tussen droom en daad echter een aantal praktische en wettelijke bezwaren in de weg. Het oprichten van zulk een platform door een advocaat, of zijn samenwerking met een platform, al dan niet opgericht door een advocaat, roept immers deontologische vragen op. Hoe verhouden onze huidige deontologische (en wettelijke) regels zich tot de mogelijkheid die deze wijze van dienstverlening biedt? Dit is meteen ook de vraag naar de perimeter van de uitoefening van het beroep van advocaat.
[…]
Wat zeggen de balies?
Aan Franstalige zijde bestaan er deontologische regels over de omgang met nieuwe technologieën (Titel IV, Hoofdstuk 3: Het gebruik van de ICT). Deze regels zijn strikt opgesteld. Aldus gelden de volgende regels voor de e-mails (opsomming niet volledig, red.):
• De advocaat mag geen domeinnaam gebruiken die op een niet onderscheidende manier een generieke term zou hernemen die het beroep van advocaat oproept.
• Hij moet houder zijn van een elektronisch mailadres.
• Hij mag geen andere vermeldingen gebruiken op de e-mails dan degene die toegelaten zijn voor het briefpapier en de beroepsnaamplaat.
[…]
De OVB heeft het niet nodig gevonden om eenzelfde reeks regels in te voeren, omdat ze slechts een concretisering zijn van rechten en plichten die de advocaat sowieso in acht moet nemen; het gebruik van moderne technologieën verandert hier niets aan. De OVB heeft geen ongelijk.
De OVB werkt wel aan een leidraad voor de deontologische omgang met online platformen. Hierbij wordt aandacht besteed aan de domeinnaam, de registrant van de domeinnaam en de mogelijke conflicten met andere rechten en met de eerlijke marktpraktijken. Ook wordt erop gewezen dat de uitbater van zulk een website, indien hij zelf geen advocaat is, niet mag doen uitschijnen dat hij dit is. De inhoud van de website moet worden getoetst aan de regels in verband met publiciteit.
[…]
Regels aanpassen?
De vraag is of de hoger besproken wettelijke en deontologische regels nog wel bestand zijn tegen de mededinging die plaatsvindt op de elektronische markt. De advocaat gaat ook met zijn tijd mee. Een strikte toepassing van de huidige regels leidt tot de vaststelling dat het zeer moeilijk is voor een advocaat om zijn diensten aan te bieden via zulke platformen. Maar moeten deze regels dan ook niet worden opengebroken?
[..]
Kortom, vermits de advocaat een onderneming is, vermits het begrip handelaar en handelsdaad op de schop gaat, en vermits men zich als vrij beroep moet meten aan de marktrealiteit (Boek XIV WER zal zeer waarschijnlijk afgeschaft worden), is het aangewezen dat men de moderniteit tegemoet treedt en de onstuitbare evolutie niet tracht tegen te werken. De advocaat is creatief van nature, en moet dit ook online kunnen aantonen.
Auteur:
Alex Tallon
Artikel overgenomen met toestemming van www.jubel.be