10/10/12

Zonder inhoud geen administratief beroep

Iedereen die betrokken is bij de realisatie van een (stedenbouwkundig) project zal het beamen: hoe groot of hoe beperkt het project ook is, er is altijd wel iemand die zich niet kan vinden in een beslissing waartegen een verder administratief beroep aangetekend wordt. Dit verder beroep mag echter niet lichtzinnig en zonder inhoud opgesteld worden, hetgeen de Raad voor Vergunningsbetwistingen in een recent arrest van 27 februari 2012 heeft bevestigd.

Op grond van artikel 4.7.21 Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan tegen de uitdrukkelijke of stilzwijgende beslissing van het College van Burgemeester en Schepenen omtrent een stedenbouwkundige aanvraag een administratief beroep ingesteld worden bij de Bestendige Deputatie van de provincie waarin de gemeente gelegen is.

De Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening schrijft uitdrukkelijk een aantal vereisten voor waaraan het administratief beroep dient te voldoen, op straffe van onontvankelijkheid:

  • Het dient ingediend te worden binnen een termijn van 30 dagen (art. 4.7.21, §3 Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening) nadat ofwel tot betekening van de beslissing is overgegaan (voor de aanvrager of de leidende ambtenaar) ofwel na de eerste dag van aanplakking (voor belanghebbende derden)
  • Het administratief beroep dient per beveiligde zending (per aangetekend schrijven, al dan niet met ontvangstbewijs) te worden ingediend (art. 4.7.21, §4 Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)
  • Gelijktijdig dient een afschrift van het administratief beroep aan de aanvrager en het College van Burgemeester en Schepenen eveneens per beveiligde zending te worden overgemaakt, waarvan het bewijs aan de Bestendige Deputatie dient te worden bezorgd (art. 4.7.21, §4 Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)
  • Een bewijs van de betaling van de dossiervergoeding van € 62,5 dient te worden gevoegd, voor zover a) het administratief beroep uitgaat van de aanvrager of een derde belanghebbende en b) het administratief beroep gericht is tegen een uitdrukkelijke beslissing (art. 4.7.21, §5 Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)

Hoewel de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening dit niet uitdrukkelijk en met zoveel woorden stelt, dient een administratief beroep daarenboven ook inhoudelijk gemotiveerd te worden, eveneens op straffe van onontvankelijkheid. De grondslag hiervoor is terug te vinden in art. 4.7.25 Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en artikel 1, §1, 3e van het Besluit van de Vlaamse Regering van 24 juni 2009 (BS 31 augustus 2009).

In haar arrest van 27 februari 2012 (nr. A/2012/0059) heeft de Raad voor Vergunningsbetwistingen uitdrukkelijk bevestigd dat een niet-inhoudelijk gemotiveerd administratief beroep onontvankelijk verklaard dient te worden. Eveneens stelde de Raad dat deze onontvankelijkheid niet ondervangen kan worden door een navolgende nota die buiten de oorspronkelijke beroepstermijn werd ingediend.

Bezint eer ge begint’ is dan ook het credo en enkel een inhoudelijk gemotiveerd administratief beroep kan ontvankelijk verklaard worden. Dit is zowel van belang voor eventuele beroepsindieners, als de overheid die over deze ontvankelijkheid dient te oordelen!

dotted_texture