Oktober 2023 markeert de komst van een nieuwe wet die de regels voor het beëindigen van verzekeringspolissen moet vereenvoudigen. Deze nieuwe wet, van 9 oktober 2023, zal een impact hebben op de opzeggingswijzen van een verzekeringspolis, en op de termijn om zich te verzetten tegen stilzwijgende verlenging. Bovendien kent de wet een opzeggingsrecht toe na verloop van het eerste jaar en geeft ze de verzekeringnemer het recht om bij verandering van verzekeraar te vragen dat de nieuwe verzekeraar (voor rekening van de verzekeringnemer) alle formaliteiten verricht voor de uitoefening van het opzeggingsrecht van de verzekeringnemer.
Wat de opzeggingswijzen betreft, introduceert de wet twee nieuwe vormen (zonder afbreuk te doen aan de huidige vormen die reeds zijn toegestaan). Ten eerste zal het mogelijk zijn om een verzekeringsovereenkomst op te zeggen door middel van een aangetekend schrijven dat elektronisch wordt verzonden, maar er moet wel gebruik worden gemaakt van een gekwalificeerde dienst voor elektronisch aangetekende bezorging (in de zin van de eIDAS-verordening). Bovendien, en op voorwaarde dat de verzekeraar een digitale omgeving ter beschikking heeft gesteld, kan de verzekeringnemer een verzekeringsovereenkomst opzeggen via deze digitale omgeving door middel van een gekwalificeerde elektronische handtekening van de verzekeringnemer of een gekwalificeerde elektronische zegel (in de zin van de eIDAS-verordening). In dat geval moet de verzekeraar de verzekeringnemer een ontvangstbevestiging van de opzegging, met vermelding van het polisnummer, op een duurzame drager verstrekken. Het moet worden opgemerkt dat verzekeraars geen opzeggingsrecht hebben via de digitale omgeving.
Wat betreft de wijzigingen in de termijn voor het verzet tegen stilzwijgende verlenging moet erop gewezen worden dat onder de huidige regels, de looptijd van niet-levensverzekeringsovereenkomsten - in principe - niet langer zijn dan één jaar en dat over het algemeen wordt bepaald dat dergelijke overeenkomsten stilzwijgend worden verlengd voor opeenvolgende perioden van één jaar, behoudens verzet tegen een dergelijke stilzwijgende verlenging door een van de partijen (d.w.z. verzekeringnemer of de verzekeraar) ten minste drie maanden voor het verstrijken van de overeenkomst. De nieuwe wet voorziet in een aparte opzegtermijn voor de verzekeringnemer en de verzekeraar. De verzekeringnemer krijgt een langere termijn om het recht van verzet tegen de stilzwijgende verlenging uit te oefenen: ten minste twee maanden voor de vervaldag van de overeenkomst. De verzekeraar daarentegen kan zijn recht om bezwaar te maken tegen stilzwijgende verlenging van de verzekeringsovereenkomst pas uitoefenen ten minste drie maanden voor de vervaldag van de overeenkomst.
De meest opvallende wijziging in de nieuwe wet van de vereenvoudiging van de regels voor de beëindiging van verzekeringsovereenkomst is de invoering van het recht om bepaalde verzekeringsovereenkomsten op elk moment na het eerste jaar op te zeggen, kosteloos en zonder opgave van redenen. Dit is een uitzondering op de regeling zoals hierboven omschreven, maar het is niet de bedoeling dat dit recht op vroegtijdige beëindiging na het eerste jaar voor alle verzekeringsovereenkomsten wordt toegepast. Alleen stilzwijgend verlengbare verzekeringsovereenkomsten die aan de volgende voorwaarden voldoen, kunnen door de verzekeringnemer zonder kosten of boetes en na het verstrijken van een periode van één jaar worden opgezegd:
- verzekeringsovereenkomsten die tot de groep “niet-leven” behoren; en
- overeenkomsten die betrekking hebben op consumenten (in de zin van het Belgische Wetboek van Economisch Recht).
Bovendien heeft de Belgische wetgever ook getracht de financiële belangen te beschermen van verzekeringnemers die gebruik wensen te maken van dit recht op vroegtijdige beëindiging, door te bepalen dat aan verzekeringnemers de premies met betrekking tot de verzekerde periode na de effectieve beëindigingsdatum moeten worden terugbetaald. Dit is geregeld door een verwijzing naar de regel van het premiekrediet (artikel 73 van de Belgische verzekeringswet).
In geval van beëindiging om van verzekeraar te veranderen (zowel onder het “gewone” regime voorzien in artikel 85 van de Belgische verzekeringswet, als in geval van het nieuw ingevoerde vrijstellingsregime voor vervroegde beëindiging (zoals beschreven in de vorige paragraaf)), geeft de nieuwe wet de verzekeringnemer het recht om de nieuwe verzekeraar, te belasten met het vervullen van de formaliteiten verbonden aan het opzeggingsrecht van de verzekeringnemer. Als de verzekeringnemer dit recht uitoefent, moet de nieuwe verzekeraar bovendien de continuïteit van de verzekeringsdekking garanderen.
De wet van 9 oktober 2023 moet in oktober 2024 in werking treden. Om die reden hebben onze lezers die zich zorgen maken over deze wetswijziging één jaar de tijd om deze wijzigingen door te voeren. Ons Insurance en Banking team helpt u graag bij deze overgang.
Benoît Vandervelde
Florence Berchem
Anaïs Casteur