In geval van ontslag van een werknemer om dringende reden moet in de brief met kennisgeving, de feiten die aan de basis liggen van de aan de werknemer ten laste gelegde dringende reden, nauwkeurig en precies worden omschreven. Deze belangrijke regel werd herhaald door het Hof van Cassatie in een arrest van 8 maart 2021.
Wanneer een werknemer wordt ontslagen om een dringende reden, moet de werkgever de feiten die aan de basis liggen van de aan de werknemer ten laste gelegde dringende reden meedelen.
De feiten, die de dringende reden rechtvaardigen, moeten op zeer nauwkeurige wijze worden omschreven, zodat enerzijds de werknemer met voldoende nauwkeurigheid de feiten kent die hem of haar ten laste worden gelegd, en anderzijds de rechter de ernst ervan kan beoordelen.
In deze zaak , werd een werkneemster ontslagen om dringende reden wegens verschillende feiten die haar ten laste werden gelegd: het raadplegen tijdens de arbeidstijd van websites die geen verband hielden met de uitvoering van haar arbeidsovereenkomst, het nuttigen van alcoholische dranken die in haar kantoor werden aangetroffen, zich in een dronken staat op de arbeidsplaats bevinden, zich onbeleefd gedragen jegens klanten en oversten, het vroegtijdig verlaten van het werk en roken in haar kantoor. Sommige van deze feiten werden vastgesteld door een gerechtsdeurwaarder.
Het arbeidshof dat zich eerst over de zaak boog, stelde vast dat de motiveringsbrief geen melding maakte van de data waarop elk van de bovengenoemde feiten had plaatsgevonden, noch van de namen van de geraadpleegde websites, noch de namen van de betrokken klanten en oversten, en evenmin van de soorten alcoholische dranken die werden geconsumeerd. Het hof was van oordeel dat de loutere vermelding van de vaststellingen door een gerechtsdeurwaarder geen belang heeft wanneer in de brief niet duidelijk wordt vermeld wat de gerechtsdeurwaarder daadwerkelijk heeft vastgesteld. De kopie van de verslagen van de gerechtsdeurwaarder waren niet bij de brief gevoegd.
Het arbeidshof was dus van oordeel dat de brief met de kennisgeving van de dringende reden, de werknemer niet in staat stelde de haar ten laste gelegde feiten met voldoende nauwkeurigheid te kennen. Het hof oordeelde derhalve dat het ontslag om dringende reden onregelmatig was en veroordeelde de werkgever tot betaling van een opzeggingsvergoeding aan de werknemer.
De werkgever stelde tegen dit arrest een voorziening in cassatie in, op grond dat het arbeidshof het wettelijke begrip dringende reden had geschonden.
Het Hof van Cassatie bevestigt het arrest uitgesproken door het Arbeidshof.
Vooreerst herinnert het Hof van Cassatie er aan dat er geen wettelijke verplichting bestaat om de datum te vermelden van de feiten die de dringende reden uitmaken. Het Hof stelde echter vast dat niet alleen de data van de feiten niet zijn vermeld, maar dat ook andere feitelijke elementen niet zijn gepreciseerd in de brief met kennisgeving van de dringende reden (soort van alcoholische dranken, soort van internetsites, identiteit van klanten en oversten, enz.)
Het Hof van Cassatie besluit aldus dat de feiten niet voldoende nauwkeurig waren meegedeeld in de brief met de kennisgeving van de dringende reden.
Actiepunt
In het geval van een ontslag van een werknemer om dringende reden, moet de werkgever de brief met de kennisgeving van de feiten die een ontslag om dringende reden verantwoorden op een heel nauwkeurige wijze opstellen om zo te vermijden dat het ontslag om dringende reden als onregelmatig zou worden beoordeeld en een opzeggingsvergoeding verschuldigd is.