25/10/19

Hoe ver dient de verwijdering van links door zoekmachines te gaan?

Op 24 september 2019 heeft de Grote kamer van het Hof van Justitie in zaak C-507/17 uitspraak gedaan over de interpretatie van de voormalig geldende richtlijn 95/46/EG en de thans van kracht zijnde Algemene Verordening Gegevensbescherming 2016/679, zulks inzake de reikwijdte bij de verwijdering van links door een zoekmachine. De bedoelde links verschijnen in de zoekresultaten na een opzoeking op naam van degene die de verwijdering vraagt.

Zaak ten gronde en prejudiciële vragen

Google LLC werd door de Franse toezichthoudende autoriteit (de CNIL) aangemaand om bij het verwijderen van links, dat te doen voor alle domeinnaamextensies van haar zoekmachine.

Aangezien Google daaraan geen gevolg gaf, legde de CNIL een boete van 100.000 EUR op.

Google LLC vroeg de Franse Conseil d’État om voormeld besluit nietig te verklaren.

Het Hof werd gevat om 3 prejudiciële vragen betreffende volgende kwesties te beantwoorden:

  • Moet het recht op verwijdering van links zo worden opgevat dat de verwijdering alle domeinnamen van de zoekmachine dient te betreffen? Dit ook als de zoekopdracht komt vanuit een gebied dat buiten de territoriale werkingssfeer van de richtlijn, nu verordening, valt?
  • Zo de verwijdering niet territoriaal alomvattend is, dient de exploitant van de zoekmachine dan de links te verwijderen, verkregen via de domeinnaam verbonden aan de staat vanwaar de zoekopdracht geacht wordt gegeven te zijn of via de domeinnamen verbonden aan alle lidstaten?
  • Zo een exploitant van een zoekmachine het verzoek van een betrokkene inwilligt, dient hij dan daarnaast via geoblocking de links te verwijderen, verkregen door een zoekopdracht vanaf een IP-adres dat geacht wordt gesitueerd te zijn in de verblijfstaat van de betrokkene of in eender welke lidstaat onderworpen aan de richtlijn, nu verordening, zulks ongeacht de gebruikte domeinnaam?

Uitspraak van het Hof
Afweging tegen andere grondrechten

Het recht op verwijdering van links wordt niet wereldwijd op dezelfde wijze benaderd. (overweging 59)

Daarnaast is ook het recht op bescherming van persoonsgegevens niet absoluut. Dat recht wordt bij de beoordeling van een verzoek tot verwijdering immers afgewogen tegen andere grondrechten, zoals het recht op vrijheid van informatie.

Het Hof betreurt dat de Uniewetgever dergelijke afweging nog niet heeft gemaakt inzake de “reikwijdte van de verwijdering van links buiten de Unie”.

Die afweging werd wel gemaakt in het kader van het artikel 17, lid 3, onder a), van de verordening 2016/679 (recht op vergetelheid). Dat artikel betreft evenwel de Unie en komt aan bod in een ander arrest van de Grote kamer van dezelfde dag (punt 59 in zaak C-136/17). (overwegingen 60-61 in de zaak C‑507/17)

Geen plicht tot verwijdering voor alle versies

Het Unierecht verplicht momenteel niet tot een verwijdering van links voor alle versies bij inwilliging van een verzoek (overweging 64). Evenmin blijkt dat de Uniewetgever “een verplichting tot verwijdering van links heeft willen opleggen die zich tevens uitstrekt tot de nationale versies van hun zoekmachine die niet specifiek zijn voor de lidstaten”. (overweging 62)

Het huidige Unierecht voorziet dus geen verplicht alomvattende reikwijdte bij verwijdering van links door zoekmachines. Die wordt echter evenmin verboden. Toezichthoudende autoriteiten of rechtelijke instanties kunnen die dus opleggen na afweging van de grondrechten. Daarbij wordt ook gekeken naar “de nationale maatstaven voor de bescherming van de grondrechten” (overweging 72)

Het Hof besloot in antwoord op de gestelde prejudiciële vragen dat (overweging 73) “de exploitant van een zoekmachine die (…) een verzoek tot verwijdering van links inwilligt, niet gehouden is deze links te verwijderen voor alle versies van zijn zoekmachine doch enkel voor alle lidstaatspecifieke versies van die zoekmachine, indien nodig in combinatie met maatregelen die voldoen aan de wettelijke vereisten en die het daadwerkelijk mogelijk maken te beletten of op zijn minst ernstig te ontmoedigen dat internetgebruikers die in een van de lidstaten een zoekopdracht uitvoeren op de naam van de betrokkene via de na die zoekopdracht weergegeven resultatenlijst toegang hebben tot de links waarop dat verzoek betrekking heeft.”

dotted_texture